Kansrijke trajecten voor 16-27 jarigen

Kwetsbare groep
Verstappen werkt als behandelcoördinator in de Helmondse adolescentengroepen van BJ. Hier verblijven jongeren vanaf 16 jaar met ernstige gedrags- en hechtingsproblemen. Bijvoorbeeld jongeren zonder ouders, met nauwelijks familie of afkomstig uit mislukte adoptietrajecten. Een kwetsbare groep die de samenleving veel geld kost. Uit onderzoek is bekend dat veel van deze jongeren, ondanks alle zorg en aandacht, ook de rest van hun leven problemen blijven houden. “De meeste jongeren willen het zelf doen als ze 18 worden, dat is normaal in de adolescentie. De jeugdzorg is afgelopen, ze voelen zich groot, willen zich losmaken van hun opvoeders. Maar het pijnlijke is dat ze bijna altijd terugvallen. Deze doelgroep is te kwetsbaar om zomaar los te laten, ze hebben weinig zelfinzicht, gaan in zee met verkeerde mensen. Ook op werkgebied gaat het mis. Het lukt ze niet om zelfstandig te functioneren in een werkomgeving, ze maken ruzie of lopen weg als even tegenzit.”

Kostbare jaren
In veel gemeenten raken probleemjongeren vanaf hun 18e buiten beeld. Tot ze rond hun 22e weer opduiken. “Dan heb je dus een aantal kostbare jaren gemist. Want de meeste redden het niet alleen; ze bouwen schulden op, raken verslaafd, gaan zwerven. En uiteindelijk krijgen de gemeenten dit probleem weer op hun bord.” Verstappen is ervan overtuigd dat veel menselijk leed en
maatschappelijke kosten bespaard kunnen worden als de jeugdhulp een tijdje wordt voorgezet. “Het is belangrijk dat de vertrouwensband die ze hebben opgebouwd met een begeleider niet verloren gaat. Deze jongeren zijn vaak zo getraumatiseerd dat ze moeite hebben om relaties aan te gaan. Als ze dan eindelijk iemand in vertrouwen nemen, wat al bijzonder is, moet je dit niet afnemen bij 18 jaar.” De begeleiding boven 18 hoeft volgens Verstappen niet heel intensief pedagogisch te zijn, ‘dat willen adolescenten niet meer’, maar veel meer coachend langs de zijlijn.

Depositphotos 21862617 xs twee jongeren achter laptop vrolijk

Wonen met fasenmodel
BJ wil kwetsbare jongeren tussen 16 en 27 jaar een doorlopend traject aanbieden, waarin met de jongere wordt gewerkt aan een perspectief op alle leefgebieden (wonen, leren, werk, gezondheid, sociaal netwerk en vrije tijd). Bij de adolescentengroepen in Helmond hebben ze al ervaring met deze werkwijze. Zij hanteren een fasenmodel, waarbij de adolescent in 5 stappen toe groeit naar zelfstandigheid. Jongeren die eerst op een groep verblijven, met 24-uurs behandeling, kunnen doorstromen naar een kamer met begeleiding op afstand en uiteindelijk een eigen appartementje. Ondertussen wordt de jongere begeleid bij het runnen van een huishouden, het vinden van werk en het opbouwen van een sociaal netwerk. Het lijntje met de groep blijft nog even intact. “Als een jongere het moeilijk heeft, is er altijd nog de veiligheid van de groep om op terug te vallen.” Verstappen wil ook buddy’s gaan inzetten, oud-cliënten die zichzelf al kunnen redden in de samenleving. “Jongeren ervaren vaak de meeste steun van mensen die hetzelfde hebben meegemaakt.”

Leer-werk arrangementen
De nieuwe Participatiewet biedt kansen om kwetsbare doelgroepen volwaardig te laten deelnemen aan de maatschappij. Om dat te bereiken werkt BJ samen met diverse partners, zoals lokale ondernemers, het speciaal onderwijs en organisaties die zich bezighouden met woon- en werkbegeleiding van specifieke doelgroepen. Er worden gezamenlijke leer-werk arrangementen opgezet, die jongeren begeleiden richting participatie. In Noord-Limburg heeft BJ/De Sluis hier al positieve ervaringen mee opgedaan. Verstappen noemt het kansrijke trajecten: “Je begeleidt jongeren om die lastige periode tussen 18 en pakweg 25 door te komen. Daarna vallen de dingen wel op z’n plaats. Ze krijgen een relatie, vinden werk. Als je het lijntje tot die tijd vasthoudt, soms wat losser laat en dan weer even aantrekt, komen ze die jaren wel door. Betaald werk zal niet voor alle jongeren haalbaar zijn, soms hebben ze alleen een klein deelinkomen of een vrijwilligersbaan, maar ze doen wel mee en leveren zo op hun eigen manier een tegenprestatie aan de maatschappij.”