Professionals gaan de wijken in

De kersverse teams zijn aan de slag gegaan in Helmond (3), de Peelregio (2) en de stad Eindhoven (1). Ook in de Dommelregio zijn onze hulpverleners actief, daar worden ze ingevlogen op verzoek van het Centrum voor Jeugdwijkteam en Gezin. Met deze nieuwe werkwijze anticiperen gemeenten op de transitie jeugdzorg in 2015. In de zogenoemde generalistenteams* werken professionals (jeugd- en gezinswerkers) van diverse organisaties samen, onder aansturing van de gemeente.

Indicatie of niet?
De teams bieden hulp aan gezinnen die kampen met ernstige opvoed- en opgroeiproblemen. Zonder indicatie, zodat het gezin zo snel mogelijk geholpen wordt. Een indicatie is alleen nog nodig bij het aanvragen van crisishulp of specialistische zorg. De teams moeten ervoor zorgen dat gezinnen de controle over hun eigen leven terugvinden. Daardoor zal -naar verwachting- de toestroom naar de specialistische zorg afnemen.

Vindplaatsen
In ieder generalistenteam zitten ongeveer 7 professionals die afkomstig zijn van jeugdzorg, welzijn, gehandicaptenzorg, thuiszorg en de gemeente. Zij staan in nauw contact met de ‘vindplaatsen’ in hun wijk of dorp: scholen, kindercentra, buurt, huisarts, sportclubs, politie en het CJG. Daar worden immers de eerste signalen opgevangen als het niet goed gaat met een kind of een gezin. De teamleden bespreken de signalen met elkaar en vervolgens neemt één van de professionals contact op met het gezin. Vaak begint de hulp met een gesprek aan de keukentafel. Samen met het gezin wordt besproken wat zij anders zouden willen en wat de gezinsleden zelf al kunnen doen om dat te bereiken. Waar nodig biedt de professional opvoedondersteuning en praktische hulp. Belangrijk verschil met voorheen is dat het sociale netwerk van het gezin (familie, buren etc.) actief wordt betrokken bij het vinden van oplossingen. Daardoor kunnen ingrijpende maatregelen, zoals uithuisplaatsing, vaker worden voorkomen.

Opleiding
aantafelDe professionals moeten in ieder geval generalist zijn, zo is de gedachte, dus op meerdere gebieden ondersteuning kunnen geven. Om met dezelfde bagage te kunnen starten, zijn de teamleden bijgeschoold in het signaleren van huiselijk geweld (Signs of Safety), sociale netwerkstrategieën en de Triple P opvoedmethode. Op die manier wil men de wirwar aan hulpverleners in een gezin terugdringen. In de nieuwe situatie is er 1 contactpersoon per gezin. Die verleent hulp en houdt ook de regie als
er meer instanties bij het gezin betrokken zijn.

Resultaten
Hoe zijn de eerste resultaten? “De teams zijn pas een paar weken geleden gestart, dus het is nog te vroeg om daar iets over te kunnen zeggen”, vertelt Karin Nas, teamleider ambulant bij Bijzonder Jeugdwerk. Zij is betrokken bij de vijf teams in Helmond en de Peelgemeenten. Deze teams hebben hun uitvalsbasis op het Werkplein in Helmond, van waaruit ze de gezinnen bezoeken, en worden operationeel aangestuurd door Mohammed Azaimi van de gemeente Helmond. Karin Nas: “2014 Is een overgangsjaar, waarin we met elkaar gaan uitvinden wat werkt en wat niet. We vinden dit een goede ontwikkeling en ook onze medewerkers staan er positief tegenover. We hopen dat de nieuwe werkwijze ertoe leidt dat gezinnen sneller en beter worden geholpen.”

Meest kwetsbare gezinnen
De medewerkers van Bijzonder Jeugdwerk hebben veel ervaring met complexe – ook psychiatrische – gedragsproblemen bij gezinnen met pubers. Jan Berkers, innovatiemedewerker bij Bijzonder Jeugdwerk, vult aan: “Onze ervaring is dat de meest kwetsbare gezinnen vaak langere tijd iemand nodig hebben waarop ze kunnen terugvallen. Dat contact hoeft niet per se intensief te zijn, het geeft mensen al meer zelfvertrouwen als ze weten dat er iemand is die ze altijd kunnen bellen. Laagfrequente zorg, die soms langere tijd doorloopt, kan voorkomen dat mensen steeds weer opnieuw in de problemen raken.”

 

* In Eindhoven werkt het team onder de noemer ‘Wijeindhoven’.